Maak jij ze ook wel eens? Van die mooie, lange zinnen? Die meerdere komma’s bevatten en soms wel meer dan 4 of 5 regels beslaan? Waarschijnlijk wel. Al is het alleen maar omdat in ons beroep ‘standaardteksten’ zulke zinnen bevatten. Dit artikel is een oproep. Aan jou. Om je (kern)boodschap kort en krachtig te houden. En zo jouw lezer te helpen…

Jouw lezer zal een korte en k(e)r(n)achtige boodschap waarderen

Want jouw lezer wordt iedere dag overspoeld met een veelheid aan informatie…

Infobesitas wordt het ook wel genoemd. Adviesrapporten, memo’s, offertes, e-mails, PowerPoint-presentaties en andere beeldschermteksten. We produceren het met elkaar in grote aantallen. Wij mensen krijgen dagelijks enorme hoeveelheden informatie te verwerken.

…en is qua leesgedrag vaak snel op zoek naar relevante informatie: je kernboodschap!

Door die enorme hoeveelheden aan informatie passen wij ons leesgedrag aan. We lezen allang niet meer alle teksten van A tot Z. We ‘scannen’ teksten haastig, gaan daarbij op zoek naar informatie die nuttig is voor óns. Waarbij we graag snel willen weten wat de belangrijkste boodschap is en hoe de tekst is opgebouwd, zodat je sneller vindt wat je nodig hebt.

Je maakt een korte en krachtige boodschap door goede voorbereiding

Waarbij je je eerst verplaatst in de informatiebehoefte van jouw lezer…

Goede voorbereiding is cruciaal. En voor het schrijven van een goede tekst naar mijn mening veel meer dan ‘het halve werk’. In de voorbereiding verplaats je je in jouw lezer. Wat wil die weten? Welke vragen heeft mijn lezer? En vanuit die invalshoek ga je vervolgens je tekst schrijven. Nadrukkelijk dus níet vanuit de inhoud. Maar vanuit de informatiebehoefte van je lezer en jouw doel.

…en je vervolgens alleen de essentiële informatie geeft die jouw lezer nodig heeft.

Als je de informatiebehoefte van je lezer in ‘lezersvragen’ op een rij hebt staan, is het schrijven daarna bijna een invuloefening. Maar let op: neem alleen informatie op die nodig is om de lezersvraag te beantwoorden, niet meer! Kortom: verstrek alleen essentiële informatie.

Voor het schrijven van jouw kernboodschap heb ik 2 tips voor je

Tip 1 is om voor het denken en schrijven het piramideprincipe te hanteren

Het piramideprincipe[1] is een manier van denken. Het draait om logische keuzes maken vóórdat je gaat schrijven. Die keuzes maak je vanuit de situatie en informatiebehoefte van je lezer, en vanuit je doel. Zo voorkom je dat je je bij het schrijven teveel laat leiden door de inhoud waarover je schrijft.

De kernboodschap zet je bovenaan, de titel van je verhaal. De toelichting van je kernboodschap zet je in de paragrafen eronder. En in de alinea’s neem je korte onderbouwingen of nuanceringen op. De tekst wordt zo ‘oprolbaar’. Zoals ik ook dit artikel heb geschreven..

Tip 2 is om tijdens het denken en schrijven te tekenen

Zoals Einstein zei: “If you can’t explain it simply, you don’t understand it”. Ik heb ‘explain’ inmiddels vervangen door ‘draw’. Tekenen dus. Niet om kunst te maken. Maar om tekenen als communicatiemiddel in te zetten. Waarom? Nou, eigenlijk heel simpel: tekenen dwingt je om tot de kern te komen.

In onze taal gebruiken we dagelijks moeilijke woorden en containerbegrippen. Maar wat bedoel je nu echt, wat is de essentie? Door jezelf uit te dagen om jouw kernboodschap te gaan tekenen, zal je ervaren dat dat in eerste instantie niet altijd heel makkelijk is. Want wat ís dan precies die kern? Maar oefening baart kunst. En als het je lukt, is het voordeel dat je lezer een duidelijk plaatje heel erg zal waarderen. Want wat is er nu korter en k(e)r(n)achtiger dan een getekende boodschap? ⬇

[1] Janssen, Eline & van Rijssen, Marita (2016), “De kracht van het piramideprincipe – gids voor helder denken en schrijven”, Boom uitgevers Amsterdam