Jaco de Vos
Zelfontwikkeling
Opinie
Brenda’s Week (opinie 4)
De Brenda Westra Opinieprijs wordt jaarlijks door Nyenrode Business Universiteit uitgereikt en is gericht op vernieuwende, duidelijk opiniërende, vlot geschreven, voor het accountantsberoep en –onderwijs actuele opiniestukken. 4 oktober vindt de uitreiking plaats, vandaar dat deze twee weken The Accountables is omgetoverd naar Brenda’s Week, waarbij gedurende deze weken elke dag een opinie van een van de genomineerde centraal staat. Vandaag de opinie van Jaco de Vos. Jaco studeert op Nyenrode in de Master Accountancy. Hij werkt bij Van Ree Accountants.
De veelal ongefundeerde toename van wet- en regelgeving
De afgelopen twintig jaar is het accountantsberoep naar aanleiding van diverse financiële en boekhoudschandalen en meer recent, de rapporten van de Autoriteit Financiële Markten (AFM) diverse malen (negatief) in het nieuws geweest. De gemeenschappelijke deler in de gevolgen van deze gebeurtenissen was de toename van wet- en regelgeving.
Naar mijn mening is deze toename van wet- en regelgeving regelmatig ongefundeerd. Het introduceren van nieuwe regels komt over als een standaardreactie. Ik pleit daarom enerzijds voor wet- en regelgeving met voldoende fundering, waarbij rekening wordt gehouden met de integratie tussen principles-based wet- en regelgeving en rules-based wet- en regelgeving en anderzijds voor een cultuuromslag, waar ook de AFM voor pleit.
AFM-onderzoeken
Wanneer we kijken naar de uitkomsten van de onderzoeken van de AFM in 2010 en 2014 valt op dat de geconstateerde tekortkomingen grotendeels overeenkomen en dat deze tekortkomingen niet zozeer betrekking hebben op het voldoen aan wet- en regelgeving, maar meer op de professionele oordeelsvorming die te wensen overliet. Zo verzamelden accountants zowel in 2010 als in 2014 niet voldoende geschikte controle-informatie. De toename van wet- en regelgeving is vreemd, gezien:
– de oorzaak van de tekortkomingen;
– het feit dat de toename van wet- en regelgeving in de periode 2010 tot en met 2013 en eerder blijkbaar niet tot (significant) minder tekortkomingen heeft geleid; en
– de introductie van wet- en regelgeving vrijwel altijd (relatief snel) volgt na een negatief bericht waarbij het maar zeer de vraag is of er wel degelijk onderzoek aan ten grondslag ligt.
Hierdoor komt nieuwe wet- en regelgeving over als paniekvoetbal; een niet goed doordachte standaardreactie. De cultuuromslag waar ook de AFM voor pleit en de onderzoeken van de Stuurgroep Publiek Belang (“Rapport oorzakenanalyse OOB-accountantsorganisaties” en “Een sectoranalyse van drivers van controlekwaliteit”) lijken daarom ook logischer.
Principes versus regels
In het kader van de toename van wet- en regelgeving is de discussie over principles-based of rules-based en het nut van beide varianten relevant, waarbij het opvalt dat de toename van wet- en regelgeving veelal rules-based is. Marietta Peytcheva, Arnold M. Wright, en Barbara Majoor (2014) betogen echter dat principles-based accounting standards de ‘process accountability’ verhogen, vanuit de verwachting dat accountants hierbij het gehanteerde besluitvormingsproces aan anderen moeten verantwoorden, ongeacht de uitkomst. Hoewel ik het eens ben met deze conclusie, wil ik hier wel een nuance in aanbrengen. Mijns inziens gaat het niet zozeer om principles-based versus rules-based, ik ben van mening dat dit onderscheid niet zo snel gemaakt kan worden; rules-based wet- en regelgeving is volgens mij een gevolg van principles-based wet- en regelgeving.
Voordat ik dit verder toelicht en beargumenteer, wil ik eerst duidelijk maken wat ik met principles-based en rules-based bedoel. Zoals de naam al zegt gaat het bij principles-based om principes, met als belangrijkste kenmerk dat dit ruimte voor interpretatie laat. Bij rules-based gaat het daarentegen om voorschriften hoe te handelen of juist niet te handelen. Zo is de verordening gedrags- en beroepsregels accountants en artikel 2:362 BW principles-based en is de verordening inzake onafhankelijkheid (ViO) grotendeels rules-based, net als het grootste gedeelte van de wet- en regelgeving.
Zoals gezegd, is het belangrijkste kenmerk van principles-based wet- en regelgeving dat ze ruimte voor interpretatie laat. Het gevolg van deze ruimte van interpretatie zijn de verschillende uitingsvormen van principes, mogelijk door onduidelijkheid en daardoor verschillen in interpretatie. Rules-based wet- en regelgeving lost dit op, waarbij voldaan wordt aan de principes begrijpelijkheid en vergelijkbaarheid uit de controle- en overige standaarden (COS). Hieruit volgt dat rules-based accounting een oplossing en gevolg is van principles-based accounting. Alleen uitgaan van principles-based wet- en regelgeving lijkt daarom niet verstandig.
Behoefte van de maatschappij en de verwachtingskloof
Een argument voor de toename van wet- en regelgeving is dat hieraan behoefte is vanuit de maatschappij en dat dit de verwachtingskloof over de werkzaamheden van accountants verder dicht. In principe is dit een valide argument waarmee zeker rekening gehouden moet worden. Het is echter maar de vraag in hoeverre rekening wordt gehouden met de belangen van de betrokken partijen. De toename van wet- en regelgeving zorgt immers ook voor een toename van de belasting voor toezichthouders, accountants en bedrijven zelf. Daarnaast is het zo dat er vaak gaten en mazen in wet- en regelgeving worden gevonden. Hierdoor wordt het nut van deze wet- en regelgeving deels tenietgedaan en wordt waarschijnlijk ook het achterliggende principe geschonden.
Gezien het bovengenoemde pleit ik voor principles-based wet- en regelgeving waarbij voldaan wordt aan de principes begrijpelijkheid en vergelijkbaarheid (plus betrouwbaarheid en/ of relevantie) of voor rules-based wet- en regelgeving die:
– gebaseerd is op principles-based wet- en regelgeving;
– voorziet in de behoefte van gebruikers, waarbij een belangenafweging wordt gemaakt; en
– begrijpelijk is, voor vergelijkbaarheid zorgt en betrouwbaar en/of relevant is (relevantie en betrouwbaarheid kunnen niet altijd tegelijkertijd worden bereikt).
Verder pleit ik voor de cultuuromslag die gemaakt moet worden binnen de accountancysector, zowel bij kantoren als de accountants zelf. Het is echter de vraag of we hier nog tijd voor krijgen. Waar de accountancysector eerst (2018) nog een jaar tijd werd gegeven, is inmiddels de ‘Commissie toekomst accountancysector’ ingesteld wegens onvoldoende verbetering van de controlekwaliteit. Het is de vraag wat de gevolgen zijn van deze commissie: meer wet- en regelgeving, een verandering van wet- en regelgeving of een afname van wet- en regelgeving. Laten we hopen dat in het meest waarschijnlijke geval van meer wet- en regelgeving deze voldoende gefundeerd is.
Bronnen
Autoriteit Financiële Markten (AFM). (2010). Rapport algemene bevindingen kwaliteit accountantscontrole en kwaliteitsbewaking.
Autoriteit Financiële Markten (AFM). (2014). Uitkomsten onderzoek kwaliteit wettelijke controles – Big 4-accountantsorganisaties.
Marcel Pheijffer. (2018, april 26). Wetten en regels zijn vaak niet de oplossing, maar het probleem. Opgehaald van www.accountant.nl: https://www.accountant.nl/opinie/2018/4/wetten-en-regels-zijn-vaak-niet-de-oplossing-maar-het-probleem/
Marietta Peytcheva, Arnold M. Wright, en Barbara Majoor. (2014). The Impact of Principles-Based versus Rules-Based Accounting
Standards on Auditors’ Motivations and Evidence Demands. Behavioral Research in Accounting, Fall, Vol. 26, No. 2, pp. 51-72.
Stuurgroep Publiek Belang. (2017). Een sectoranalyse van drivers van controlekwaliteit.
Stuurgroep Publiek Belang. (2019). Rapport oorzakenanalyse OOB-accountantsorganisaties.
www.accountant.nl. (2018, oktober 11). Overleg Kamer en MCA: nog een jaar respijt voor accountants. Opgehaald van www.accountant.nl: https://www.accountant.nl/nieuws/2018/10/overleg-kamer-en-mca-nog-een-jaar-respijt-voor-accountants/
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!