Candide Verbruggen

Cultuur

Opinie

De mond roeren

Wij hebben een probleem. De werkdruk is structureel te hoog, de werk-studie-privé balans niet in evenwicht en teveel jonge accountants verlaten het beroep. Er moet iets veranderen om het beroep aantrekkelijk te houden voor de nieuwe generatie accountants en de professioneel-kritische instelling niet te verliezen, want die is hard nodig voor het uitvoeren van een goede controle. Maar ondanks diverse opinies, debatavonden en zelfs een onderzoeksrapport, dat aantoont dat de werkdruk te hoog is en dat dit een negatieve invloed heeft op de kwaliteit van de controle, lijkt er maar weinig te veranderen op de werkvloer.

Ook op mijn kantoor zag ik dit probleem terugkomen. In september, toen ik weer een groep getalenteerde collega’s zag vertrekken, stelde een partner aan mij de vraag: ‘Hoe komt dit?’ Voorzichtig ben ik het gesprek aangegaan: mijn generatie is niet meer bereid om 60 uur per week te werken en hecht veel waarde aan andere zaken zoals zelfontwikkeling en reizen. In tegenstelling tot mijn verwachting kreeg ik vervolgens de reactie: “Hoe zou jij de accountancy wél willen zien en wat zou er moeten veranderen om de accountancy weer een aantrekkelijk werkveld te maken?” Dit was het begin van een reeks open gesprekken over cultuur waarbij ik het gevoel heb dat er langzaam maar zeker stappen in de goede richting worden gezet. Helaas is deze openheid nog niet op alle kantoren vanzelfsprekend.

Veel jonge accountants zijn bang hun mening te geven over dit onderwerp en hierdoor de stempel ‘zwak’ te krijgen. Al vanaf het eerste jaar krijgen zij mee dat overwerken er nu eenmaal bij hoort en dat drie keer per week pizza laten bezorgen op kantoor een heel normaal fenomeen is. Niemand wil die ene collega zijn die niet gaat overwerken, terwijl de rest van het team in de avonduren de controle probeert af te ronden. Toch heb ik gemerkt dat als je begint over werkdruk, dit bij veel collega’s een onderwerp is dat ze raakt. Tijdens mijn jacht naar medestanders die met mij de cultuurgesprekken op kantoor aan wilden gaan, merkte ik dat het onderwerp nog meer leefde dan ik al dacht. Door een achterban te creëren krijg je een zekerder gevoel en kan je laten zien dat dit geen persoonlijk probleem is maar het probleem van een hele generatie. Als jonge generatie opstaan omdat je een probleem constateert komt zeker niet over als zwak maar juist als krachtig en doordacht.

Daarnaast kent de accountancy het probleem dat ‘de oude garde’, namelijk de management- en partnerlaag, in veel gevallen al lange tijd werkzaam is bij hetzelfde kantoor. Zij zijn vastgeroest in oude gewoontes en kunnen zich soms moeilijk voorstellen waarom de jonge accountant toch zoveel moeite heeft met de hoge werkdruk. Het is aan ons de taak om de partners te herkennen die wat meer onthecht in het leven staan, open staan voor onze mening en bereid zijn tot de dialoog over de lange termijn en onze rol daarin.

Ook hebben wij op dit moment het voordeel dat de noodzaak hoog is. Nagenoeg alle kantoren hebben last van een grote uitstroom en een tekort aan ervaren personeel. Hierdoor is het bijna niet meer mogelijk om het signaal over een te hoge werkdruk als kantoor te negeren. Daar komt bij dat er recentelijk veel opschudding is in de media over het onderwerp. Hierdoor is het niet te ontkennen dat dit een hardnekkig probleem is dat speelt in de gehele beroepsgroep.

Natuurlijk is het onrealistisch om te verwachten dat na een aantal cultuurgesprekken alle problemen opgelost zijn. Maar ik ben ervan overtuigd dat deze cultuurverandering wel mogelijk is, en dat die moet beginnen vanuit ons, de jonge accountants. Door het gesprek aan te gaan met onze werkgever kunnen wij een verschil maken.

Candide Verbruggen dingt met deze opinie mee naar de eerste Brenda Westra Opinieprijs die op 5 oktober 2018 wordt uitgereikt.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *