Renske Siskens
Cultuur
Doeners op Nyenrode: studenten accountancy en management in gesprek
“Vanuit onze campuswoningen zien we jullie soms: daar loopt weer zo’n zwerm accountancystudenten, ze zijn er weer. En dan zijn ze er weer niet, dat is heel grappig”, zegt Rose-Marie. “Als wij een bestuursvergadering hebben en we zitten ’s avonds in de mensa, dan zitten jullie, de campusstudenten, met z’n allen naar elkaar te schreeuwen en kunnen wij niet praten, daar moet ik altijd wel om lachen”, aldus Chérie. Accountancystudenten en managementstudenten op Nyenrode kennen elkaar vooral van een afstandje. Tijd voor een nadere kennismaking.
Bestuursleden van VAS en N.C.V.
Rose-Marie van der Weijden (voorzitter) en Joep Toebes (commissaris) zijn bestuursleden van de Nieuwe Compagnie van Verre (N.C.V.), de vereniging voor studenten van de Bachelor of Science in Business Administration en de Master of Science in Management. Ze wonen op de Nyenrode-campus in Breukelen. De N.C.V. heeft 41 commissies. Daarnaast zijn ook disputen, genootschappen en jaarclubs actief binnen de vereniging.
Delano Tolhuisen (voorzitter) en Chérie Offenberg (commissie VAS-studentenavonden, ofwel VASSA’s) zitten in het bestuur van de VAS, de Vereniging van Accountancy Studenten. Ze werken vier dagen op een accountantskantoor en volgen op vrijdagen college, meestal op een decentrale locatie en soms op Nyenrode.
De vier bestuursleden gaan met elkaar in gesprek over het studeren, de combinatie met werk of bestuurswerk, en hun rol in de vereniging. Er zijn veel verschillen, maar er is ook herkenning.
Kiezen voor de campus: hechte familie
Joep wilde eigenlijk nooit bij een studentenvereniging: “Toen ik op Nyenrode kwam ben ik erbij gegaan omdat het hoort. Ik dacht: studeren gaat superveel tijd innemen, en dan is een studentenvereniging leuk voor ernaast. Maar ik denk dat ik wel voor 90% van de tijd bezig ben met de vereniging. Daar kies je natuurlijk zelf voor. Het is een soort hechte familie, op campus. Je doet alles samen.”
Rose-Marie kon gelukkig voor de corona-tijd nog een open dag meemaken. Wat daar vooral voor haar naar voren kwam: “Het academische gedeelte kun je overal vinden. Maar de sfeer die ik proefde, die familieband, dat voelde ik heel erg onder de studenten en de staf. Ik zag dat mensen elkaar constant een duw in de rug geven. Nu ik hier zit vind ik dat nog sterker dan ik dacht.”
Kiezen voor de opleiding: accountancy in deeltijd
Voor Chérie en Delano was de keuze voor Nyenrode praktischer: “Je wilt Accountancy in deeltijd gaan studeren, waar kan je dat doen? Op Nyenrode!”, zegt Chérie: “En daarna ga je een beetje inlezen in Nyenrode, dan krijg je wat meer dat gevoel wat jullie uitspreken. Maar dat is dan voor mij bijvoorbeeld niet de drijfveer geweest om hier naartoe te gaan, omdat wij een heel ander traject volgen.”
Toepassen in de praktijk
Rose-Marie: “Voor ons is zo’n bestuursjaar eigenlijk al een bedrijf runnen, en in de praktijk brengen wat we overdag leren in de colleges.” Ze denkt dat veel BScBA-studenten op Nyenrode die basis willen zoeken: “Ze willen uitvinden: wat kan ik goed en wat vind ik leuk? Daarom is het zo leuk dat we die commissies hebben. Omdat je in iedere commissie een penningmeester hebt of een voorzitter of een marketeer. Dan kan je uitvinden: ik vind marketing leuk of financiën. Mensen kunnen op basis daarvan dan weer een master kiezen. Dus het is heel breed.”
Ze vraagt of Delano en Chérie ook alles wat ze leren bij de studie meteen toepassen in hun werk.
Chérie: “Dat ligt heel erg aan het vak.” Delano: “Alle vakken in de Master en Post-Master die komen gewoon één op één terug, behalve dan de onderzoeksvakken en de scriptie. Maar in de Bachelor is het soms een beetje zoeken. Bijvoorbeeld Beginselen Recht. Fiscaal Recht, Management Accounting. Die vakken zijn op zich wel interessant, maar het is niet van oh dat ga ik morgen toepassen.” Chérie: “Wij werken superveel met statistiek in ons werk, en boekhouden natuurlijk, dat doe je gelijk. Of BIV, dat is gewoon de basis van ons vak.”
Sterke band
Bij activiteiten van de VAS, zoals het zeilweekend, borrels, de citytrip en VASSA’s zijn alle accountancystudenten welkom. Er zijn studenten die het gezellig vinden om af en toe te komen, en er is een harde kern die altijd aanwezig is, vertelt Chérie: “Tijdens busy season hebben we een half jaar nergens anders tijd voor omdat we het zo druk hebben op het werk. Daarnaast heb je ook nog je studie. Ik hoor vaak als ik mensen uitnodig voor dingen van de VAS: ‘ja maar ik heb nog een sociaal leven’. Ze zien zich dan niet sociaal doen met hun studiegenoten. Terwijl, onderling hebben wij als harde kern wel een heel sterke band.”
Joep: “Wij wonen natuurlijk op een campus met z’n allen. Als er dan een evenement is dan sporen we elkaar aan. Dat is bij jullie wat lastiger, ook omdat het zo’n grote groep accountancystudenten is, en jullie ook nog op verschillende plekken college hebben.”
Een zwerm accountancystudenten op meerdere dagen is waarschijnlijk een summercourse
Delano denkt dat het ook komt doordat het studenten zijn die gaan werken: “Die zoeken dat studentenleven eigenlijk niet zo op. Maar we hebben bijvoorbeeld ook summercourses. Als jullie een paar dagen achter elkaar zo’n zwerm accountancystudenten zien lopen, dan is het waarschijnlijk een summercourse. Dan slaap je hier twee nachten op campus en heb je een paar dagen college hier. Dan organiseren we ook activiteiten met de VAS. Laatst hadden we een pubquiz voor de masterstudenten. Dat is een groep die meestal niet zo geïnteresseerd is in de VAS, maar daar waren 100 aanmeldingen voor, dus dat is best veel.”
Relatie met het verleden
“Wat me ook naar Nyenrode trok, is de alumnirelatie,” zegt Rose-Marie, “die relatie met het verleden. Dat mensen zo trots zijn dat ze hier hebben gezeten. Ik wil aan hen bewijzen: ja ik kan het ook, en ik ben daar ook trots op. Ik vind dat heel mooi.” De vereniging is een verbindende factor, vertelt Joep: “Iedereen die hier op de campus heeft gezeten heeft zijn eigen verhalen. Je hoeft maar iemand tegen te komen en je kunt daar de hele avond over praten.”
Chérie heeft dat meer met de opleiding: “Als ik die helemaal afmaak en na acht jaar eindelijk klaar ben. Het is meer dat ik daar dan trots op zou zijn.” Joep: “Ik denk dat de accountancystudenten als ik het zo hoor meer halen uit de studie zelf, dat je die voltooit. Jullie zitten natuurlijk acht jaar, dan werk je er veel langer naartoe. Wij zitten er veel korter, wij halen onze energie uit de vereniging en de commissies en wat we daarin bereiken.”
Kiezen voor een bestuursfunctie
Joep vraagt hoe Delano en Chérie in hun bestuursfuncties zijn terechtgekomen.
Delano: “Omdat het een deeltijdstudie is en de VAS dus ook minder activiteiten doet, zitten we ook wat langer in het bestuur. Dit is mijn derde bestuursjaar. Ik ben twee jaar penningmeester geweest. Daarna koos ik voor de voorzittersrol, om te kijken of ik me daar nog in kan ontwikkelen.”
Chérie werkte eerst vijf jaar in de hotelwereld: “Toen ik accountancy ging studeren wilde ik zo snel als het kon zoveel mogelijk informatie tot me nemen over het vak en mensen leren kennen. Ik ging een keer naar de VASSA, en Jeffrey, de vorige commissievoorzitter, zei: vind je het niet leuk om bij de commissie te komen? Na twee maanden vroeg hij of ik zijn plek wilde overnemen. Ik vind dingen regelen heel leuk en ik dacht: dat is wel weer heel anders dan het werk zelf.”
Stuntweek
Bij de VAS wordt het bestuur gekozen door het vorige bestuur. Chérie: “Het is wel een formeel proces, je moet gewoon een sollicitatiegesprek hebben. Bij mij was dat met Delano en de vicevoorzitter.” Delano: “En dan draag je dat formeel voor aan de algemene ledenvergadering.”
Chérie: ”Dus het is niet zoals bij jullie, dat is toch af en toe in de mensa? Dat jullie allemaal zitten te schreeuwen?” Joep: “Ik denk dat jullie de Main Table bedoelen, dat is iedere maandag.” Rose-Marie: “Maar voor de bestuursverkiezingen hebben we een stuntweek. Heel Amerikaans is dat. Iedere kandidaat heeft een team, en we proberen zoveel mogelijk gesponsord te krijgen. Je moet laten zien dat je echt dingen kan regelen. Er zijn iedere dag speeches en Q&A’s. En dan is zondagavond de laatste stemming, dus bij ons wordt het bestuur echt vanuit de lichting gekozen.”
Chérie: “Wel grappig hoor, heel anders dan bij ons. Als ik op m’n werk vertel dat ik dit doe, deze bestuursfunctie, dan is de reactie vaak: je hebt het al druk, waarom zou je nog zoiets erbij doen? Ze begrijpen het niet. Ik denk dat het bij jullie veel meer vet wordt gevonden dat je dit doet.”
Prestatiedruk
Het leven op de campus is best competitief, vertelt Joep: “De eerste twee maanden van de studie is het een beetje een apenrots, iedereen wil zijn plekje vinden. Dus mensen gaan zich aanmelden voor commissies of lopen voor disputen. Je bent dan in competitie met je medestudenten en met je vrienden. Zoals in een commissie waar ik vorig jaar bij zat, daar waren 40 aanmeldingen voor 6 plekken. En dan heb je interviewgesprekken, op basis daarvan word je toegelaten of niet. Daar halen mensen voldoening uit, maar er komt ook prestatiedruk bij kijken, dat je er wel bij wilt horen.”
Is die competitie iets wat bij accountancystudenten meer op de kantoren speelt? Chérie: “In de accountancysector is echt een omschakeling bezig. Vroeger was de normale gang dat je hard ging werken en partner werd. Work-life-balance bestond niet, als je partner wilde worden. De generatie van nu wil alles: geld en een goeie baan…misschien generaliseer ik dit, maar ik ben daar wat ouderwetser in: als je daar wilt komen dan zal je wat op moeten geven. Voor mij is dat wel het doel, maar voor anderen totaal niet.”
Die competitie zoals Joep het beschrijft ervaart ze niet zo: “Maar ik weet dat dat op sommige kantoren wel zo kan zijn.” Delano: “Prestatiedruk op zich wel.” Chérie: “Ja dat denk ik wel. Maar dat is ook weer wat je jezelf oplegt.”
Constant schakelen
Voor Rose-Marie en Joep zit de druk meer in het altijd aan staan als bestuurslid, maar ook als student, omdat hun hele leven zich op de campus afspeelt. Rose-Marie: “Je doet alles met elkaar. Dus als je niet in een commissie komt en je hebt het daar moeilijk mee, dan zijn die mensen die jou niet in die commissie laten misschien ook je vrienden. Je wisselt steeds van rol: ik zit ook in een jaarclub en dan vindt de jaarclub iets van het bestuur. Dat constant schakelen is vermoeiend, maar ik denk wel dat het ons leert hoe we later zakelijk en privé kunnen scheiden en onze grenzen bewaken. Nu is dat even spartelen.”
Doe-mentaliteit
Wat Nyenrode volgens Rose-Marie toevoegt is die ontwikkeling: “En het verschilt per persoon waar je dat vindt. Ik denk dat we allemaal heel erg een doe-mentaliteit hebben. Jullie kiezen er bewust voor om aan het werk te gaan, en wij kiezen ervoor om in de commissies bezig te gaan. Wij willen gewoon dóen, we willen aan het werk. Ik denk dat dat een mooi raakvlak is.” En daar zijn ze het alle vier over eens.
V.l.n.r: Rose-Marie, Delano, Chérie en Joep
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!